Sperwer (vrouw) met prooi
Een maand geleden vond ik een sperwerpaar dat een nest aan het bouwen was.
In dit blog besteedde ik daar aandacht aan:
http://www.dewerelddoormijnlenzen.blogspot.nl/2013/04/nestelende-sperwers.html
Maar deze sperwers vonden de gekozen plek achteraf toch niet zo best en bouwden
een nieuw nest op een iets minder drukke plek.
Het nadeel is dat die plek voor mij ook niet makkelijk te benaderen is en goede
foto's dus uitgesloten zijn op dit moment.
Maar nood breekt wet, dus op zoek naar een ander nest.
Op, hemelsbreed, zo'n 4 kilometer afstand van dit nest vond ik een tweede nest.
Niet echt midden in Amsterdam, maar ook niet helemaal aan de rand.
Het mooie van dit nest is, is dat het beter zichtbaar is vanaf het pad en je dus geen
verstorende acties uit hoeft te halen voor een foto.
Op de bewuste plek aangekomen, zet ik rustig mijn fiets neer op een centrale plek en begin ik te zoeken
naar de sperwers. Ineens zie ik in de verte 1 van de vogels vliegen met een prooi en landt ergens
helemaal aan de andere kant van het bosje!
Maar ik moet kiezen, loop/ren ik snel om of loop ik een stuk terug, pak de fiets en
ga dan fietsend naar die plek?
Ik besluit de fiets te nemen en dat is maar goed ook.
Want bij de ene sperwer aangekomen, zie ik dat het een mannetje is en dat hij
direct weer wegvliegt. Ik kijk waar hij naartoe vliegt en zie in die richting een tweede sperwer zitten.
Het mannetje draagt de prooi vliegensvlug over aan het vrouwtje.
Snel weer op de fiets (mazzel dus) en weer een andere kant op.
Daar zit het vrouwtje, helemaal vrij op een tak met een al kaal geplukte prooi.
Het fijne is, dat de sperwer zich werkelijk niets aantrekt van mijn aanwezigheid.
Geen spoortje van haast of onrust bij de vogel.
En zo ben ik er getuige van hoe een klein vogeltje volledig uit elkaar getrokken wordt en
smakelijk opgepeuzeld wordt door dit vrouwtje.
Ik blijf foto's maken en na het nabewerken houd ik er nog steeds 60 over.
Daar een selectie uit maken valt niet mee, ook al omdat objectief gezien een hoop
beelden toch wel op elkaar lijken.
Omdat ik zo'n blog ook een beetje voor mezelf maak, moet iedereen me maar vergeven als
het misschien een beetje te lang wordt.
In deze periode zorgt het mannetje voor het eten, want zij hoeft zich alleen
maar voor te bereiden op het leggen van de eieren.
Het overdragen van de prooi is voor het mannetje echter een hachelijke onderneming.
Want het vrouwtje is behoorlijk agressief in deze periode.
Terwijl het vrouwtje de, door het mannetje gebrachte, prooi bijna opheeft, kijkt het mannetje
nog steeds toe vanaf een andere plek.
Het mannetje op de andere plek is mooier uitgekleurd dan dit exemplaar,
maar het blijft een belevenis om twee sperwers op zo'n korte afstand te bekijken.
Nu de prooi bijna opgegeten is, besluit ik om een andere positie in te nemen.
Maar dat valt nog niet mee, want overal zitten takken.
De enige plek die een aardig vrij uitzicht geeft op het vrouwtje, is bijna direct onder
de tak waarop zij zit te eten.
Het levert een aantal mooie beelden op, maar ik besluit toch maar weer mijn eerste plek in te nemen.
De sperwer is klaar met eten en begint zich schoon te maken.
Eerst de klauwen en
daarna wordt de snavel schoongeveegd aan de tak.
Het mannetje komt aan met nieuw nestmateriaal en het echtpaar verhuisd nu
naar het nest, om dat verder in orde te brengen.
Terwijl het vrouwtje op het nest gaat zitten, gaat het mannetje weer op pad
om meer takjes voor het nest te verzamelen.
Samen op het nest waar vanaf eind april gebroed gaat worden.
Ik ben benieuwd hoeveel kleine sperwertjes hier uit zullen komen.
Maar ik hoop zeker dat ik op de eerste nestplek naar jonkies zal kunnen kijken.
Want ik heb daar iemand ontmoet, die er voor kan zorgen dat ik op een balkon
op de eerste rang kan zitten en zo doende het opgroeien kan volgen.
Ik hoop dus dat daar zeker kleintjes geboren zullen worden.
Nadat ik kleine plevieren heb gefotografeerd, had in mijn zinnen gezet om
ook de bontbekplevier op de foto te krijgen.
Ik vond een paartje ergens in 't Gooi en ze komen aan bod in mijn volgende blog.
Tot de volgende keer,
René